Afbeelding invoegen in Word 2010

U kunt in Word allerlei afbeeldingen invoegen, zoals digitale foto’s of plaatjes die u van internet hebt gehaald. Dit doet u als volgt:

  • Zet de cursor (het knipperende verticale streepje) op de plaats waar u een afbeelding wilt invoegen.
  • Klik in het lint op het tweede tabblad Invoegen.
  • Klik op de knop Afbeelding.
  • Blader naar het gewenste plaatje en selecteer het door erop te klikken.
  • Klik op Invoegen.
  • De door u gekozen afbeelding wordt nu in Word weergegeven.

De afbeelding die u hebt ingevoegd, kunt u vervolgens in Word aanpassen. Voor basishandelingen, zoals verkleinen, voldoet dat uitstekend. Wilt u meerdere of geavanceerde bewerkingen uitvoeren, zoals de horizon rechtzetten of rode ogen verwijderen, dan dient u uw foto’s eerst bewerken in een beeldprogramma zoals Fotogalerie voor u ze invoegt in Word.

De verschillende functies voor het bewerken van afbeeldingen worden in Word vanzelf actief als u klikt op de ingevoegde afbeelding:

  • Klik op de ingevoegde afbeelding (als deze nog niet geselecteerd is).
  • Er wordt een extra tabblad toegevoegd aan het lint: het tabblad ‘Opmaak’. Klik hierop (als deze niet al open staat).
  • U ziet dat dit tabblad voorzien is van diverse knoppen. Als u de muis stilhoudt boven een knop, ziet u een kader met uitleg.

De kans is groot dat u de ingevoegde afbeelding wilt aanpassen. Daartoe dienen de knoppen op het tabblad ‘Opmaak’. In de eerste groep, ‘Aanpassen’, vindt u knoppen voor ‘Correcties’, ‘Kleur’ en ‘Artistieke effecten’. De positie van de afbeelding regelt u in de tweede groep van rechts: ‘Schikken’. Verkleinen en bijsnijden van de afbeelding doet u in de groep ‘Grootte’, helemaal rechts.

Stap 4: Helderheid, contrast en scherpte aanpassen

Onder de knop ‘Correcties’ kunt u een foto scherper of zachter maken. Ook kunt u in één handeling de helderheid (lichter en donkerder) en het contrast tussen de kleuren aanpassen.

  • Klik in de groep ‘Aanpassen’ op Correcties en ga met de muis over de voorbeelden bij ‘Verscherpen en verzachten’. U ziet meteen het effect op de foto en klikt de optie aan waar u tevreden over bent.
  • Klik in de groep ‘Aanpassen’ op Correcties en ga met de muis over de voorbeelden bij ‘Helderheid en contrast’. Ook hier ziet u meteen het effect van een optie en kunt u kiezen voor diegene die u het beste lijkt.

Met de knop ‘Kleur’ kunt u de kleurverzadiging en de kleurtoon van een foto aanpassen en zelfs kiezen voor een compleet andere kleur die als het ware als laag over de foto komt te liggen.

  • Klik in de groep ‘Aanpassen’ op Kleur.
  • Kies een van de opties. Bijvoorbeeld Sepia voor een foto met een nostalgisch tintje.
  • In hetzelfde venster kunt u onder ‘Meer variaties’ voor nog meer kleuren kiezen.

Met de knop ‘Artistieke effecten’ kunt u een effect aan uw foto meegeven.

  • Klik in de groep ‘Aanpassen’ op Artistieke effecten.
  • Kies een van de opties, bijvoorbeeld Verfstreken voor een echt artistiek effect.

Om het plaatje op de juiste positie in de tekst te plaatsen, doet u het volgende:

  • Klik in de groep ‘Schikken’ op de knop Positie.
  • U kiest een van de opties om de positie van de afbeelding te wijzigen. U kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om het plaatje links, rechts, onder, boven of in het midden van de tekst weer te geven. Overigens kunt u een plaatje ook verplaatsen door erop te klikken en vervolgens met de muis te verslepen.
  • Klik op Meer indelingsopties op het tabblad ‘Tekstterugloop’om het plaatje achter of voor de tekst te plaatsen. Deze indelingsopties vindt u ook als u op het tabblad ‘Opmaak’ in de groep ‘Schikken’ op Tekstterugloop klikt.

De afbeelding vergroten of verkleinen kan op drie manieren:

  • Pas in de rechtergroep ‘Grootte’ met de kleine blauwe pijltjes het aantal centimeters (hoogte en breedte) aan. De juiste verhouding blijft behouden.
  • Klik op het plaatje. Er verschijnen een kaderrand en vierkantjes en bolletjes om het plaatje. Klik op de vierkantjes en versleep ze om de afbeelding breder of hoger te maken. De afbeelding gaat uit verhouding.
  • Klik op de bolletjes en versleep ze om de afbeelding met de juiste verhouding te vergroten of te verkleinen.

Bijsnijden doet u als u slechts een deel van de afbeelding wilt laten zien.

  • Klik in de rechtergroep ‘Grootte’ op Bijsnijden.
  • Om het plaatje verschijnen zwarte haken. Ga met de muisaanwijzer over een van die haken.
  • Wanneer de muisaanwijzer de haak verandert, drukt u de linkermuisknop in.
  • Beweeg de aanwijzer naar binnen toe om het plaatje bij te snijden.
  • Maak het bijsnijden zo nodig ongedaan door de haken naar buiten toe te slepen.
  • Met de Enter-toets maakt u het bijsnijden definitief.